Zo’n verlaten stad is voor de meeste mensen een schrikbeeld. Een postapocalyptische toestand. Groningen na een kernramp. Of, als je iets optimistischer bent: Groningen tijdens de Champions League-finale  Barcelona-FC Groningen.

Al heeft het, moet ik bekennen, ook een zekere schoonheid.  Alsof een stille wens is uitgekomen: dat heimelijke verlangen naar een idyllisch verleden dat nooit heeft bestaan. Een wellicht niet zuivere gedachte die ieder mens wel eens heeft, maar die alleen tactvolle diplomaten als Annemarie Jorritsma durven uit te spreken.

Voor de horeca en sommige middenstanders is het een doffe ellende.

Ik probeer, ongepast misschien, toch ook wat positieve kanten van deze toestand te zien. Dat er nu allerlei dieren worden gesignaleerd in stadswijken, die er zich eerder niet vertoonden: ik vind het wel wat hebben.

En ik ben blij voor de dronepiloten en architecten, die nu hoogtijdagen beleven. Was het niet een recent onderzoek van Maurice de Hond waarin ruim 90% van die laatste beroepsgroep deze uitspraak onderschreef: “Een gebouw ontwerpen is prachtig en dankbaar werk. Het is wel altijd jammer dat er daarna mensen in wonen of werken.”

De reuring van een stad

Ik houd ook heel erg van de reuring van een stad. Anders had ik niet op drie verschillende plekken in het centrum van Amsterdam gewoond. En ik kan ook nog steeds genieten van Stad op een doordeweekse nacht: gonzend van al die jonge opgewonden mensen die hun energie kwijt moeten.

Het zal mijn gespleten inborst zijn. Van de dorpsbewoner die zich in de stad als een vis in het water voelt.

Maar dan het liefst wel een stad met al een paar eeuwen op de teller en met mooie winkels. Winkels met een ziel en een eigen smoel, bedoel ik. Ik wil werknemers van de ketens niet tegen het zere been stoten, maar het gebeurt zelden dat ik in een stad bezoek en verrukt uitroep: “Hé, wat leuk!…Moet je kijken…ze hebben hier ook een Albert Heijn/Kruidvat/Blokker/Coffee Company/Jumbo/Action/Zeeman/Pearle!”

Deze winkels hebben zeker hun waarde. Ze bieden Eerste Hulp Bij Verdwaalden (“bij de Blokker linksaf en na 200 meter ziet u de Action aan de rechterkant. En daar tegenover is de tattooshop.”). Winkelketens bieden vastigheid en zekerheid. Sterker, ik vind dat gemak ook heerlijk. Dat je weet wat ze bieden, wat het kost en dat je in één oogopslag ziet waar het door jou begeerde product staat – behalve bij Kruidvat.

Naast vastigheid heeft een mens echter ook behoefte aan sjeu. Afwisseling. Verrassing. Aan winkels met een eigen karakter, logo en winkelbediendes die van hun hobby hun werk hebben gemaakt.

Modeltreinen, verf, hoeden,…

Die winkels zijn werelden op zich. Je hebt ze in veel varianten, al worden het er steeds minder. Ze verkopen modeltreinen, verf, hoeden, pennen, drank of keukenapparatuur. Winkels die het al heel moeilijk hebben omdat we steeds meer online kopen.

Ik houd toevallig enorm van boekwinkels.

Een groot schrikbeeld voor mij is een oude stad zonder platenzaken en boekhandels. Over een zekere platenzaak had ik het vorige week al, dus ik richt mij nu op de boekwinkel.

Mensen die mij (en mijn garderobe) een beetje kennen weten inmiddels wel dat ik weinig kleding- en schoenenwinkels noch parfumerieën of horlogerieën frequenteer. Ik ben zo iemand die naar de stad gaat om een nieuwe trui te kopen en thuiskomt met twee lp’s, zes boeken, een deostick en een setje gitaarsnaren.

Die laatste twee heb ik dan meestal op het laatste moment gekocht. Omdat ik in de platenzaak, bibliotheek en boekenwinkel de tijd was vergeten. Het bekijken en betasten van de ruggen, het oppakken van een boek, eraan ruiken, een willekeurige bladzijde openslaan en een paar zinnen proeven. Ik kan het urenlang. Tot ik zere voeten krijg.

Een parallel universum

Of met je vingers door de cd- of platenbakken, de koptelefoon opzetten, de naald in de groef, gekraak en het volgende moment word je meegenomen naar een parallel universum. Dat blijft een aparte ervaring: je ziet het stadsleven op de fiets en te voet aan je voorbij trekken door het raam en tegelijk ben je ergens anders. Of, nog fijner: met een zojuist aangeschaft boek naar een nieuwe plaat luisteren.

Al kan het voor sommige mensen een frustrerende bezigheid zijn:

https://youtu.be/YNtfvPAVmbs

Je kunt natuurlijk alles online opzoeken en bestellen. En er daarna heerlijk thuis van genieten. Maar de hierboven beschreven fysieke sensaties zijn onvervangbaar.

Fysieke sensaties

Ik begon ze de laatste tijd steeds meer te missen.

En ik hoop en verwacht dat ik niet de enige ben. Dat wij sinds de quarantainemaatregelen zo lang en massaal aan het scherm zijn gekluisterd en noodgedwongen uit elkaars buurt blijven dat we snakken naar fysieke ervaringen.

Ik geef toe: de afgelopen jaren heb ik best vaak boeken gekocht bij Bol.com en vooral bij boekwinkeltjes.nl. Omdat het aanbod zo enorm en de prijs soms laag is. En omdat het gemak de mens dient (en ik had al een account).

Maar die sympathieke fysieke boekwinkel heeft óók een prima webshop. En nu ik lees dat er door de crisis veel (dreigen te) verdwijnen, heb ik deze week besloten in elk geval niet meer bij die gigant te kopen. Bijkomend voordeel: krijg ik ook niet meer die irritante vervolgmailtjes. Met de vraag of ik tevreden ben over de klantenservice (Ik: “Als ik niet goed was geholpen had ik het je laten weten hoor, bolle!”) en, weer wat later, hoe mijn nieuwe aankoop bevalt. (Ik: “Val me niet lastig, robot! Ik probeer te lezen.”)

Met één muisklik

Kun je zo’n mailtje nog met één muisklik wegwerken; een verdwenen boekhandel kun je niet met één klik weer terug toveren.

Dat vind ik een verschrikkelijke gedachte, dat die (hoeden-, pennen-, verf-)winkels door deze crisis het loodje leggen.

Het is dus ook grotendeels uit eigen belang dat ik dit schrijf. Maar egocentrisme heeft zelden zo goed gevoeld.

En ik leg de vraag ook aan jou voor: Wil jij ook in de toekomst een stadscentrum met een boekhandel?

Al was het alleen maar dat je straks ook de mogelijkheid hebt om het stadsrumoer even de rug toe te keren. Het met één ferme ruk aan de klemmende deur het zwijgen op te leggen en de weldadigheid van de boekwinkel binnen te stappen.

Al was het alleen maar om even dat mooie gebonden boek vast te pakken en de bladzijden zachtjes te horen ritselen.

Al was het alleen maar om ’s avonds, als het winkelend publiek is verdwenen, in de fraaie etalage te kijken en achter in de gesloten winkel de voormalige stadsdichter/verkoopster met een collega in gesprek te zien.

Enfin, je weet wat je te doen staat. Je hoeft daarvoor deze keer geen donatie aan mij te doen, al is het ook niet verboden. Maar koop in elk geval je eerstvolgende boek(en) bij jouw dichtstbijzijnde of meest dierbare boekhandel.

Welnu, dan fiets ik nu naar Godert Walter en Elpee om hun kassa’s te spekken.

 

PS: Dat schreef ik gisteren. Bij wijze van laatste zin, dacht ik. Maar het voorval die middag in Godert Walter wil ik toch even meenemen in dit verhaal. Mijn (online!)-bestelling lag al gereed naast de kassa en ik stond in de winkel nog wat boeken te betasten en te proeven, toen een keurige oude dame binnenkwam. Met zo’n voorzichtige coronatred en –gezichtsuitdrukking. Ze kwam hier duidelijk niet om uitgebreid  te snuffelen, maar liep meteen naar de toonbank. “Goedemiddag, ik wil een boek naar het adres van mijn zoon sturen, maar dat lukt niet via Bol-dat-come. Dat zou toch moeten kunnen?” De moderne manier waarop zij de naam van de boekengigant uitsprak vormde een mooi contrast met haar voorkomen en vermoedelijke digibetisme. Ik moest me wel inhouden om niet te zeggen: “Maar mevrouw, dat moet u ook niet bij die blauwe reus doen!”

De vriendelijke verkoopster luisterde geduldig en vol begrip naar het mislukte online bestelavontuur van de dame en zei: “Als u dat wilt dan kunnen wij dat ook voor u versturen.”

“Echt waar?” reageerde ze. Gevolgd door een sceptische blik, waarin ik deze zin dacht  te ontwaren: “En over hoeveel weken ontvangt hij dat boek dan?”

“Als u het nu bestelt dan wordt het morgen bij uw zoon bezorgd.”

De mevrouw wist niet wat haar overkwam.

Daarna bood de jonge verkoopster haar ook de mogelijkheid om het pakket te kunnen volgen via track and trace. “Als u een mailadres heeft dan kunt u vanuit huis zien wanneer het pakket wordt bezorgd.”

Maar de dame kende haar mailadres niet uit haar hoofd, dus dat hoefde niet. Ze had er alle vertrouwen in dat het boek bij haar zoon terechtkwam. Tevreden liep ze na de transactie naar de uitgang. Ik knikte haar vriendelijk toe, terwijl ik met dit boek (zie foto) in mijn hand stond.

Ik had niet verwacht dit boek hier te treffen. Sinds kort ben ik fan van de schrijver Jeroen Blankert, die ik ken van Twitter waar hij dagelijks 183 volgers verblijdt met zijn bijzondere gedachtekronkels . Eigenlijk had ik me voorgenomen om dit boek ooit nog een keer van hem persoonlijk te kopen. Maar ik was zo opgetogen over de gang van zaken en vol van mijn reddingspoging, dat ik het meenam naar de kassa.

 

 

 

Waardeer dit verhaal

Vind je bovenstaande tekst de moeite waard? Wil je meer verhalen van Igor lezen? Je kunt jouw waardering laten blijken met een kleine bijdrage.   

Donatie € -